top of page
  • Foto van schrijver Ilona Stremmelaar

Blog 9. Prikkels bij autisme.. Overprikkeling en onderprikkeling






Ik ben net terug van een lange vakantie aan de Zuid-Hollandse kust op het eiland Goeree Overflakkee. Het was daar zo lekker rustig en prikkelarm! De prachtige stranden zijn er zeer breed en er is ruimte genoeg voor iedereen. Ook in de diverse natuurgebieden was het erg rustig. Ik heb er met volle teugen van genoten en ben goed uitgerust teruggekomen.

Ook het even niet volgen van alle nieuwsberichten over corona en andere toestanden in de wereld was een verademing. Sociale media stonden op een zeer laag pitje. Tijd, ruimte en rust om tot mijzelf te keren. Je zou er eigenlijk in het dagelijkse leven meer aandacht voor moeten hebben. Ik doe wel wat nodig is, maar het kan zeker beter. Een aandachtspunt voor de komende tijd.

Tijdens één van mijn wandelingen in natuurgebied De Kwade Hoek, bleef ik met mijn been in een braamstruik hangen. Dat voelde ik wel even. Rode prikplekjes verschenen op mijn huid. Niet fijn, maar het was snel weer over. Ik realiseerde me wel dat deze prikkels maar van tijdelijke aard zijn. Veel volwassenen en kinderen met autisme ervaren gedurende de dag onophoudelijk hinderlijke prikkels. Hoe vervelend en belastend moet dat zijn! Als ik tijdens mijn gehele wandeling die prikkende pijn had gevoeld zou dat echt heel erg vermoeiend zijn geweest. Het doet me beseffen dat overprikkeling een grote impact heeft.


Overprikkeling zorgt er voor dat een kind geleidelijk overvraagd wordt. Bij alles wat er op hem/haar afkomt op school, thuis, clubjes e.d., ligt er ook altijd nog een sausje van prikkels overheen. Dat moet onderschat worden. Je zult een kind dan ook goed moeten leren om zelf te registreren hoe vol het prikkelemmertje al is. Voorkomen dat het emmertje overloopt door terug te trekken of een time out te nemen. Veel kinderen met autisme doen dit al instinctief. Vaak wordt dit gedrag echter door de omgeving toch als vreemd ervaren. Waarom zit hij zo vaak alleen op zijn kamer? Hoe komt het dat zij niet wat vaker wil afspreken met vriendinnen?


Wat zijn prikkels? We hebben twee soorten prikkels: prikkels die van buitenaf komen en prikkels die bij jezelf van binnen ontstaan. Prikkels komen van buitenaf binnen via het sensorische systeem, of wel de zintuigen. Ieder mens reageert anders op de verschillende sensorische prikkels. De prikkels die van binnenuit ontstaan zijn bijvoorbeeld het ervaren van stress en angst op sociaal emotioneel gebied, de druk om te presteren met piekeren, boosheid, somberheid, lichamelijke klachten als gevolg. Dit is ook bij ieder mens verschillend. Afhankelijk van je karakter, temperament, ervaringen uit het verleden, aanleg, e.d.

In onze huidige maatschappij is het zeker ook zo dat veel kinderen (ook zonder autisme) regelmatig te veel prikkels ervaren en hierdoor overbelast raken. In de coronatijd waren er veel kinderen die het eigenlijk ook wel fijn vonden dat ze meer lummeltijd hadden. Moeten we als ouders sowieso niet wat gas terugnemen met onze kinderen en met onszelf? Het is met prikkels niet een kwestie van alle prikkels vermijden. Het gaat er om dat je duidelijk keuzes maakt aan welke prikkels je jezelf en je kind blootstelt en waar je juist even een stapje terug moet doen. Sommige prikkels zijn wel heftig, maar ook erg leuk en fijn om mee te maken. Daarna moet je wel weer bijkomen en opladen. Goed doseren dus!

Dan is er ook nog bij sommige kinderen sprake van onderprikkeling. Dit is wat meer onderbelicht, maar kan ook zeker voor de nodige problemen zorgen. Veel volwassenen en kinderen hebben op bepaalde gebieden last van overprikkeling en op andere gebieden ervaren zij hinder door onderprikkeling. Sensorische prikkels worden niet of slechts zwak opgemerkt. Zij merken het dan bijvoorbeeld niet dat ze honger of dorst hebben, dat ze moeten plassen of poepen of dat ze het koud of warm hebben. Vaak is de zindelijkheidstraining moeizaam bij jonge kinderen. Bij pubers merk je bijvoorbeeld dat ze niet eten als ze een dagje alleen thuis zijn, of dat ze vergeten om een warme jas aan te trekken als ze naar buiten gaan. Bijkomend probleem is dan ook nog eens dat ze op een gegeven moment wel van de gevolgen weer extra last hebben. Ze voelen zich dan extreem slap en ziek omdat ze een lege maag hebben of omdat ze verkleumd van de kou ergens aankomen.

Problemen van onderprikkeling komen m.i. ook voort uit het feit dat kinderen met autisme zo op kunnen gaan in datgene waar ze mee bezig zijn, dat ze de rest vergeten of niet opmerken. Bepaalde sensorische prikkels komen verminderd binnen en sneeuwen onder in het focussen op de dingen die interessant zijn en de prikkels die juist extra heftig binnenkomen. Het superfocussen is natuurlijk een bekende kwaliteit van mensen met autisme, maar heeft soms ook minder prettige gevolgen. Volwassenen hebben vaak minder last van onderprikkeling. Zij hebben in veel gevallen routines aangeleerd en proberen ervoor te zorgen dat ze bijvoorbeeld hun maaltijd of drinkmoment niet meer vergeten. Toch zal dit een aandachtspunt blijven. Bijkomend probleem is ook dat de omgeving onderprikkeling vaak niet ziet en niet begrijpt. Een volwassene met onderprikkeling komt vaak moeilijk tot actie. Neemt weinig initiatief en het gebeurt nog al eens dat deze mensen als lui worden bestempeld. Het is echter totaal niet een kwestie van niet willen, maar zeker onmacht en dus niet kunnen. Dat kan erg frustrerend zijn en ervoor zorgen dat de persoon in kwestie zich niet begrepen voelt.

Zaak is om goed in kaart te brengen voor welke prikkels iemand extra gevoelig is en ook waar iemand juist niet gevoelig voor is. Zo kun je er ook beter rekening mee houden en begrip vragen en krijgen van de omgeving. Ook kan gekeken worden welke zintuigen wellicht meer stimulans nodig hebben bij onderprikkeling.


In het boek TEKENCONTACT staan tekenoefeningen beschreven waarbij het kind kan focussen op de eigen tekening, maar ook interactie houdt met diegene die met het kind mee tekent. Het kind leert ook oog hebben voor de tekening van de ander. Zo leert het kind verder te kijken en te voelen dan alleen de eigen tekening. Samen tekenen stimuleert in alle gevallen de interactie van het kind met de ander en met de omgeving. Energetische tekentechnieken helpen goed om het lijf te voelen, het ruimtelijke inzicht te vergroten, gevoelens te uiten, rustig te kunnen worden en de balans op te zoeken. Het sensorisch systeem wordt op veel vlakken aangesproken. Een mooie manier om hierin te kunnen groeien.

Op dit moment ben ik na mijn vakantie met hernieuwde energie en enthousiasme bezig met het uittekenen van de laatste tekenoefeningen en hier foto’s van te maken. Erg leuk om te doen. Er zijn een paar mensen bezig met het meelezen en corrigeren van de tekst. Ik ben blij dat het boek goed vordert. Het is zo mooi als ouders straks met dit boek samen met hun kinderen thuis kunnen tekenen, en dat het contact onderling hierdoor zal verbeteren.

Wil je op de hoogte gehouden worden, schrijf je dan in voor de nieuwsbrief en ontvang meteen gratis een tekenoefening in je mailbox.

Ondertussen houd ik mijn eigen prikkelhuishouding goed in de gaten. Doen jullie dat ook?

246 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page